Un rêve infini
‘J’aperçus au fond de la mer un ravissant coquillage, une pierre rose et bleu ;
je plongeai pour la prendre, la gardai toute douce et usée dans la main jusqu’au déjeuner.
Je décidai que c’était un porte-bonheur, que je ne la quitterais pas de l’été.’
- Bonjour Tristesse
Een oneindige droom
Op de bodem van de zee zag ik een prachtige schelp, een roze en blauwe steen ;
Ik dook erheen, hield het zacht en gedragen in mijn hand tot de lunch.
Ik besloot dat het een talisman was, die ik de hele zomer bij me zou dragen.
- Bonjour Tristesse